De barok
Vrijwel overal in Europa is barok te vinden. Van Valletta tot Kopenhagen en van Londen tot Vilnius staan barokke kerken, kapellen en paleizen en hangen er museumzalen vol meeslepende en theatrale taferelen. Maar wat is de barok nu heel precies? Het is een stroming in de Europese kunst en architectuur die ongeveer tussen het einde van de zestiende en het einde van de achttiende eeuw bestond. De benaming werd veel later bedacht, toen negentiende-eeuwse kunsthistorici zich bezighielden met de periodisering van de kunst. De term is afgeleid van het Portugese woord ‘barroco’ dat slaat op een parel met een grillige, onregelmatige vorm. Dit is dan ook een van de kenmerken van de barok. In plaats van de harmonie en rust van de renaissance oogt de barok een stuk levendiger. Daar is echter lang niet alles mee gezegd, want ‘levendig’ alleen is een nogal vaag begrip en ten tweede is er nog wel meer aan algemeenheden over de barok te zeggen.
Laten we met de schilderkunst beginnen. Hier ligt de nadruk op emotie en theater. Sterke contrasten tussen licht en donker (chiaroscuro) vergroten de dramatiek en wat op veel barok werk ook opvalt, is de grote vleselijkheid. Je kunt de ongelovige Thomas op tal van manieren tegenkomen, maar zelden zo fysiek als bij Caravaggio wiens Thomas met zijn wijsvinger in de zij van Jezus poert. Hoe aannemelijk het er ook niet uit moge zien, het blijft een in het atelier ontstane compositie. Ziet u hoe ‘toevallig’ centraal de vier hoofden bovenin zijn gerangschikt?
Dynamisch theater vinden we ook in de beeldhouwkunst. Is de David van Michelangelo (links) vooral een statisch toonbeeld van elegante schoonheid, zo is de David van Gian Lorenzo Bernini een en al beweging (rechts). Of beter: suggestie van beweging. Zijn gezicht is naar rechts gedraaid, maar zijn armen naar links. De heupen en voeten staan dan weer naar rechts. Kijk ook naar die verbetenheid van Bernini’s beeld. Veel emotioneler dan bij Michelangelo.
In de bouwkunst onderscheidt de barok zich van de renaissance en het neoclassicisme door de verscheidenheid van vormen en hoeveelheid decoraties. De Frauenkirche in Dresden heeft zowel ovale als rechthoekige en ronde ramen, halfronde en driehoekige timpanen die bovendien onderbroken zijn, een volstrekt onnodige gebeeldhouwde balustrade rond de koepel, dakkapellen en hoektorens als pagodes. De donkere vlekken in de muren hebben een andere verklaring. In 1945 werd Dresden gebombardeerd en 60 jaar later pas werd de kerk herbouwd en opgeleverd. De donkere stenen komen oorspronkelijk uit het ingestorte gebouw.
En binnen? Verwacht in barokke interieurs goud. Veel goud. Vergulde lijsten, grote cassetten aan het plafond, vergulde beelden en al datgene wat je overdaad kunt noemen, met natuurlijk de emotie en dynamiek die hierboven al genoemd is. Het tongewelf en de engelen op het altaar hiernaast zijn barok, al stamt het gebouw op de foto uit de Oudheid. Het was ooit het mausoleum van keizer Diocletianus en is nu de kathedraal van Split.
Artemisia Gentileschi was een volbloed barokke schilderes, die leefde van 1593 tot in of na 1654. Zij schiep een groot aantal Bijbelse en mythologische taferelen en zelfportretten. Ze werkte in meerdere Italiaanse steden en in Londen. Klik op de foto hierboven voor een video over haar en haar werk.